augustus 2015

Huizenkoper meestal goedkoper uit dan huurder, maar niet in Amsterdam
Amsterdam en Utrecht zijn de enige steden in Nederland waar het kopen van een woning niet de goedkoopste manier is om te wonen. Voor een sociale huurwoning moet gemiddeld minder betaald worden dan voor een koopwoning.
Dat concludeert De Volkskrant op basis van een analyse van tachtigduizend recentelijk verkochte of verhuurde huizen verspreid over heel Nederland. Daaruit blijkt dat kopers in Amsterdam gemiddeld 9,50 euro per vierkante meter betalen, terwijl huurders van een sociale huurwoning 9,30 euro per vierkante meter kwijt zijn. Ook in Utrecht is een huurder van een sociale woning goedkoper uit dan een koper. Daar kost een sociale huurwoning gemiddeld 8,20 euro per vierkante meter, tegenover 8,70 euro voor een koopwoning.
Prijs per vierkante meter Amsterdam Regio Amsterdam
Vrije sector € 22,20 € 14,80
Sociale huur € 8,30 € 8,90
Koopwoning € 9,50 € 7,40

Duurst
Huurders in de vrije sector betalen in Amsterdam 22,20 euro per vierkante meter en zijn dus het duurste uit. In Utrecht kost een vrijesectorwoning 15,20 euro per vierkante meter. Dat is goedkoper dan bijvoorbeeld de 18 euro in Groningen, 19,20 euro in Leiden en 15,60 euro in de regio Zuid-Limburg.
Dat de groep sociale huurders in Amsterdam relatief goedkoop uit is, komt volgens De Volkskrant onder meer door strenge afspraken tussen woningcorporaties over wat een sociale huurwoning mag kosten. Ondertussen ‘liberaliseren’ corporaties in Amsterdam de sociale huurwoningen op grote schaal. Dat houdt in dat ze bijvoorbeeld op de vrije markt verhuurd of zelfs verkocht worden. De voorraad sociale huurwoningen daalt daarmee, waardoor een goedkoop exemplaar steeds moeilijker te vinden wordt.

(Bron: Het Parool)

=============================================================================

Een vraag aan WoningNet Regio Amsterdam

Een huurder stelde de volgende vraag:
Ik ben in een discussie beland over het vervallen van de woonduur. Het komt volgens mij hierop neer: Als je nu inschrijft bij WoningNet telt de woonduur als inschrijfduur en dat zou betekenen dat bij een woonduur van 26 jaar nu, in 2020 de inschrijfduur 31 jaar is, in 2025 36 jaar en in 2030 15 jaar omdat dan de woonduur vervalt. De anderen zeggen dat als je nu inschrijft je maar 15 jaar woonduur meeneemt. Hoe zit het precies in elkaar?

Het antwoord
Het voorbeeld dat u beschrijft is helemaal juist. In 2030 vervalt de meegenomen woonduur.
U kunt de opgebouwde woonduur van uw zelfstandige huur- of koopwoning binnen de Stadsregio of de gemeente Almere na 1 juli 2015 nog vijftien jaar gebruiken wanneer u verhuist naar een sociale huurwoning. Die periode is ongeveer gelijk aan de gemiddelde woonduur in de regio voordat mensen verhuizen.

Conclusie
Over 15 jaar wordt door mensen die zich in 2015 bij WoningNet hebben ingeschreven nog harder gestreden om een sociale huurwoning want ze hebben in 2030 immers ineens allemaal 15 jaar inschrijfduur! Geen idee hoe dat t.z.t. zal worden opgelost. Maar misschien is het dan wel weer
helemaal anders…
Huurders die hun woonduur de komende jaren willen behouden om sneller in aanmerking te komen voor een andere sociale huurwoning moeten zich vóór 1 januari 2016 inschrijven bij WoningNet: www.woningnetregioamsterdam.nl. Telefonische Informatie 0900-2023072 (€ 0,45 per gesprek).